Lucas 13: 8 en 9 “Heer, laat hem ook dit jaar met rust, tot ik de grond eromheen heb omgespit en hem mest heb gegeven, misschien zal hij dan komende jaar vrucht dragen, …

Gisteren heb ik de tuin grotendeels winterklaar gemaakt. Geweldig werk, vooral als je mag snoeien. De schaar gaat er dan flink in. “Dit wordt echt te groot” en ik ga dan ook rigoureus te werk. Zo erg dat mijn vrouw vraagt of dat nog wel goed komt. Nee, dat komt niet altijd goed. De druif bijvoorbeeld heeft dit jaar dus geen vrucht gedragen! Goed snoeien vermeerdert vruchten.

Er zijn momenten in je leven dat er te veel wildgroei is, dat er dingen zijn die de aandacht afleiden van waarvoor jouw leven bedoeld is … vrucht dragen. Vrucht dragen doe je voor anderen. Iets produceren waar anderen wat aan hebben, waaraan zij kunnen zien wat jij bent en waar je goed in bent. Als je een vijgenboom bent kun je geen appels verwachten en als je een mosterdplant bent geen bramen. Ieder heeft zo iets toe te voegen aan het assortiment. Er is altijd iets waarin jij vrucht kunt dragen al is het nog zo klein.

Als je nu nog geen vrucht draagt is het nog niet noodzakelijk dat je omgehakt wordt want je krijgt de tijd van God om te groeien. Van een klein appelboompje verwacht je het eerste jaar ook geen kisten appels. Je hoeft niet je uiterste best te doen om vruchten te krijgen. Steek die energie in het groter groeien, het je laten snoeien en de vruchten komen. Dit groeien doe je door met je wortels noodzakelijk vocht en voedsel in te drinken: bidden, Bijbellezen en andere christenen ontmoeten. Ik ben benieuwd wat jouw vruchten zijn!