Exodus 5:1 Hierna gingen Mozes en Aäron naar de farao, en ze zeiden tegen hem: ‘Dit zegt de HEER, de God van Israël: Laat mijn volk gaan, om in de woestijn ter ere van mij een feest te vieren.’
De eerste stappen die het volk van God zet richting het beloofde land zijn stappen die ze rechtstreeks de woeste droogte in leiden.
God leidde zijn volk, niet langs oases en zwembaden naar het beloofde land. Niet langs paradijselijke omstandigheden. Maar dwars door een droge, hete, lege, woestijn.
De woestijn is een plek die ons kan maken of breken. Het is geen populaire plek. Maar het is de testoven voor ons hart. Als alles wegvalt, wat houd je dan over? Als onze afleidingen en ondernemingen van ons zijn afgestript, waar houden wij ons dan mee bezig? Voor God was het doel duidelijk: een feest vieren met zijn volk – elkaar ontmoeten, daar middenin die woestijn.
Elk groot man van God die door Hem werd gebruikt in de Bijbel maakte een woestijnperiode in zijn leven mee. Een periode waarin er weinig richting was. Soms weinig voeding (letterlijk). Een periode vaak van angst, depressie, eenzaamheid, moedeloosheid, gebrek, droogte…
Abraham, Mozes, David, Job, Paulus, ja ook Jezus, allemaal werden ze door God eerst de woestijn in geleid voordat ze begonnen aan een leven vol impact.
Zie de woestijn dus als je kans om uitgebreid tijd met God door te brengen. In alle rust. Misschien is die kans je later niet meer gegund.
Dit kan je maken. Of breken.