Titus 1:1 en 2 Van Paulus, dienaar van God, apostel van Jezus Christus, gestuurd om het geloof van Gods uitverkorenen te versterken en hun kennis bij te brengen van de waarheid die tot vroomheid leidt, in de hoop op het eeuwige leven dat God, die niet liegt, vóór alle tijden heeft beloofd. (NBV21).
De aanhef van een brief is meestal niet zo belangrijk. Het gaat om wat er in de brief zelf staat. We denken dus vaak ‘het zal wel’.
Al weer bijna 10 jaar geleden (april 2012) heb ik een blog geschreven over het stukje ‘God, die niet liegt’. Ik vroeg mij af waarom Paulus dat er bij zou moeten schrijven. En zo kan je ieder stukje tekst bekijken, je verwonderen, uitrafelen, je er in verdiepen en tot de conclusie komen dat er in de aanhef van deze brief veel te leren valt:
Paulus is dus de schrijver van deze brief. Hij stelt zich voor als een dienaar van God en is ook nog een apostel van Jezus Christus. Hij is gestuurd. Om gelovigen te versterken en kennis bij te brengen. Kennis van de waarheid. Van waarheid die leidt tot een positieve verandering van gedrag. Die verandering van gedrag komt voort uit de zekerheid dat we eeuwig leven mogen ontvangen. Want dat heeft God beloofd. Nog voordat Hij de wereld maakte. En God liegt nooit.
Nu heb je genoeg kleine zinnen om vragen over te stellen.
Hoe zou jouw aanhef van je brief er uit zien?