Jacobus 1:2 Het moet u tot grote blijdschap stemmen, broeders en zusters, als u allerlei beproevingen ondergaat.

Vandaag lees ik in de krant dat Nederlanders massaal de schaatsen aantrekken. Na een aantal dagen van scherpe oostenwind zijn veel sloten en plassen bevroren. Het typisch Nederlands genieten kan beginnen, maar daarvoor hebben we wel even door de scherpe kou heen moeten bijten.

In eerste instantie zit ik niet te wachten op moeilijkheden. We zijn geneigd daar zo snel mogelijk doorheen of vandaan te lopen. Toch zegt de Bijbel dat het ondergaan van beproevingen tot grote blijdschap zou moeten stemmen. Dit komt omdat in deze beproevingen iets ontstaat wat nergens anders ontstaat. In de woestijn groeien je wortels, in de eenzaamheid je verlangen naar God, in de pijn de vertroosting van Jezus, in de koude de warme liefde van de Vader, in je reis de standvastigheid..

Mijn partner schreef op Facebook het volgende: “Er zijn schatten in de woestijn die nergens anders gevonden kunnen worden. Mijn doel in deze omstandigheden is niet om er zo snel mogelijk doorheen te gaan, maar mijn doel is te kijken, te leren, te vertrouwen en te zoeken naar kostbare schatten. Ik denk dat het te maken heeft met wie jouw Reisgezel is. De mijne is de Beste. Hij bleef veertig dagen en nachten in de woestijn en kwam er sterker uit. Daarom volg ik Hem.”