Numeri 31:48-50
Toen kwamen de 16.000 legeraanvoerders naar Mozes toe en zeiden: ‘Wij hebben alle mannen geteld die met ons ten strijde zijn getrokken en we hebben er niet één verloren! Daarom hebben wij een speciaal dankoffer voor de Here meegebracht uit onze buit: gouden sieraden, armbanden, vingerringen, oorringen en halskettingen. Dit is om verzoening voor onze zielen te doen bij de Here .’ (HTB)
In het hoofdstuk van vandaag lezen we over een wraakactie van het volk van Israël op de Midjanieten. Vanuit elke stam moeten 1000 mannen zich aanmelden om te vechten. Het volk van Israël behaalt een grote overwinning, waarbij alle koningen van de Midjanieten verslagen worden en veel kostbare spullen worden ingenomen. Achteraf blijkt zelfs dat niemand van hun leger gesneuveld is!
Het valt mij op dat de legeraanvoerders zelf het initiatief namen om hun mannen na te tellen. Als zij dit niet hadden gedaan, waren zij niet op de hoogte geweest van het geweldige feit dat niemand verloren was gegaan. Ik bedoel, hoe kan het anders opvallen dat 1 van de duizenden is komen te overlijden?
Ik vraag me af hoe vaak wij zegeningen van God over het hoofd zien. Hoe vaak in ons leven nemen we voor lief wat er gebeurt, en staan we niet goed stil bij waar we doorheen zijn gegaan en hoe God ons de overwinning heeft gegeven?
In het verhaal lezen we dat het natellen van de overwinning / de zegen, een nieuw soort dankbaarheid creëerde. Een dankbaarheid die niets anders kon doen dan God de eer te geven en te prijzen in vrijgevigheid. Ik geloof dat wij ook zullen merken, dat wanneer wij onze zegeningen gaan tellen, we een nieuwe soort dankbaarheid gaan ontwikkelen voor onze almachtige God.
Waarom beginnen we hier niet vandaag mee?
Tel jouw zegeningen.