2 Samuël 2:9-10
Daar had hij Isboset koning gemaakt van Gilead, de stam van Aser, Jizreël, de stam van Efraïm en de stam van Benjamin. Dus over heel Israël [, behalve de stam van Juda]. Isboset was toen 40 jaar. Hij regeerde twee jaar. Alleen de stam van Juda volgde David. (BB)
David heeft een lange reis moeten leggen voordat hij erkend werd als koning. Een volledig bijbelboek terug werd hij gezalfd door Samuël tot koning (1 Samuël 16). Vervolgens diende hij Saul, vocht als legeraanvoerder voor Saul, en moest uiteindelijk voor hem vluchten. Jaren later wordt Saul gedood. Nu zal ik wel koning van Israël worden, had David wellicht gedacht.
Maar nee. Wanneer het ene ‘obstakel’ weg lijkt te zijn, komt er weer iets nieuws terug. Niet David wordt gekroond tot koning van Israël, maar de zoon van Saul, Isboset.
In ons leven kunnen we ook naar een belofte toeleven. We houden ons vast aan woorden die we ontvangen vanuit God. Echter, de belofte komt vaak niet in één keer aanwaaien. God vormt ons stap voor stap. Hij neemt ons bij de hand, en helpt ons keer op keer dichter bij zijn plan voor ons leven te brengen.
Gaandeweg zullen obstakels op komen dagen. Weet dan dat God bij jou is en Zijn plan voor jouw leven ongewijzigd blijft.