Handelingen 16:27- 30 De gevangenbewaarder schrok wakker, en toen hij zag dat de deuren van de gevangenis openstonden, trok hij zijn zwaard om zelfmoord te plegen, want hij dacht dat de gevangenen ontsnapt waren. Maar Paulus riep hem luidkeels toe: ‘Doe uzelf niets aan, we zijn immers nog allemaal hier!’ De bewaarder vroeg om een fakkel, rende naar binnen en viel bevend voor Paulus en Silas op de grond. Hij bracht hen naar buiten en vroeg: ‘Zegt u mij, heren, wat moet ik doen om gered te worden?’
Het leven van de meeste mensen in Nederland verloopt betrekkelijk eenvoudig en rustig. We hebben voldoende zekerheden in ons leven ingebouwd om zelf ons leven te leven. Eigenlijk hebben we geen God of goddelijk ingrijpen in ons leven nodig. We regelen het zelf wel totdat … iets ons leven opschudt en we niet voldoende verzekerd blijken te zijn van geld, vrienden, gezondheid, werk, positie, tijd of wat dan ook waar we geen invloed (meer) op hebben.
Pas op dat moment beseffen we dat we het niet alleen kunnen slaat de schrik om ons hart. We hebben niet alles in de hand en ons makkelijke leventje glipt tussen de vingers door. De enige uitweg die we zien is ons te verzekeren van een zachte dood, een afscheid uit deze harde wereld.
Maar dan klinkt de stem van iemand die een alternatief heeft, een oplossing in onze moeilijke situatie, een stem van hoop waardoor ze weer een uitweg kunnen zien. Een stem die de mogelijkheid biedt om, op de knieën te gaan en, te vragen wat we moeten doen om ons leven te verzekeren tot in de eeuwigheid.
Horen de mensen in jouw omgeving jouw stem om Gods redding aan te bieden. Jouw stem geeft hen hoop en zekerheid