1 Korinthiërs 15:36b en 37a Als u iets zaait, moet dat eerst sterven voordat het tot leven kan komen. En wat u zaait heeft nog niet de vorm die het later krijgt …

Met zaaigoed kun je twee dingen doen: opeten en genieten van je oogst of zaaien in de grond met de verwachting dat er een grotere oogst gaat komen. In beide gevallen gaat de oorspronkelijke vorm van het zaaigoed verloren en komt er een nieuwe vorm. Bij het opeten wordt het gemalen en wordt het in de vorm van een brood gebakken. In het geval van zaaien wordt het zaad in de grond gestopt om langzaam te kiemen en uit te lopen in een plant die uiteindelijk meer vrucht draagt.

Ook in het christelijk leven wordt gesproken over zaaien. Vaak wordt dan gedoeld op je eigen leven of financiën. Toch moet duidelijk zijn dat de vorm die je zaait niet de vorm is die je oogst. Je eigen leven wordt veranderd in een leven voor God en de vrucht daarvan is anders dan jij nu kunt bedenken. De financiën die jij zaait leveren niet perse weer geld op (als je het daar voor deed), maar geven uiteindelijk wel een oogst.

Zaaien moet je niet doen met een vast resultaat voor ogen, maar met het besef dat je het letterlijk los moet laten en dat het zal veranderen terwijl jij het losgelaten hebt. Laat het uiteindelijke resultaat los en je zult versteld staan van de uiteindelijke oogst. Het kan wel eens meer, beter en mooier zijn dan jij van te voren had bedacht.