Hebreeën 3:4 Elk huis heeft zijn bouwer, maar God is de bouwer van alles.
Mijn vader is architect. Het is soms een rare belevenis om in een van zijn gebouwen rond te lopen en te weten dat hij het gebouw al in zijn hoofd had, bij wijze van spreken door de gangen liep, nog voordat er een steen was gelegd. En dat het gebouw nog jaren na zijn leven zal voortbestaan.
Gebouwen ontstaan niet zomaar. Elk huis, elk gebouw, heeft een bedenker en een uitvoerder. Gods huis is niet bedacht door mensen, maar door de bedenker en de uitvoerder in een: God zelf: die was, die is en die komt.
In Gods huis loop je als het ware rond in Zijn gedachten (Jes. 55), in zijn dromen en plannen. Wij mogen van God wonen in dat huis. Een huis waar ruimte genoeg is, een huis bedacht door God zelf. Een huis bedacht voor jou. Je gaat wat meemaken!