Romeinen 4:7 en 8 ‘Gelukkig is de mens wiens onrecht is vergeven, wiens zonden zijn bedekt; gelukkig is de mens wiens zonden de Heer niet telt.’
Geluk en gelukkig zijn staat altijd in de top 5 van waarden die belangrijk zijn voor een mens. Het is echter afhankelijk van het moment en de omstandigheden wat datgene is wat gelukkig maakt.
Als je na een koude lente op een zonnige morgen tegen een uitgebloeide paardebloem blaast kan dat je een gelukkig gevoel geven. Als je honger hebt kan een stuk droog brood je al gelukkig maken. Als je het koud hebt geeft de warmte van de zon je een gelukkig gevoel. Als je in de regen in een tent kampeert kan het besef dat je een huis hebt je erg gelukkig maken. Als je rijk bent en een groot huis hebt kan het besef dat je gezond bent je gelukkig maken en als je gaat trouwen maakt de persoon naast jou je de gelukkigste mens van de wereld.
De overeenkomsten tussen deze dingen is dat jij je beseft dat je het beter hebt dan zonder dat gelukkig makende element in je leven, dat jij je beseft dat dit gelukkig makende element meer waarde heeft dan alle andere dingen op dat moment.
De waarde van het besef dat je zonden zijn vergeven ligt in het feit dat je daardoor plotseling gaat beseffen dat je eigenlijk door je zonden enorm alleen was en nu in relatie met God kunt leven. Gelukkig besef je het nu wel.