Jeremia 32:17
“Ach HEER, mijn God, u hebt met uw grote kracht, met uw machtige arm, de hemel en de aarde gemaakt. Voor u is niets onmogelijk.”
In dit hoofdstuk is Jeremia gevangen gezet door een van de koningen die hij eerder had gewaarschuwd voor de overname van zijn land, omdat hij die boodschap niet leuk vond. Terwijl Jeremia gevangen zit zegt God tegen hem dat een neef langs zal komen om hem een stuk grond aan te bieden dat hij mag kopen voor zichzelf. Dit gebeurt natuurlijk en hij laat het koopcontract door iemand in een stenen kruik stoppen zodat het goed bewaard blijft. Meteen hierna bid hij en begint hij met bovenstaand vers. Hij uit in dit gebed zijn onbegrip over de aankoop, want God heeft toch gezegd dat Hij het land in handen van een vijandige koning zal geven?
God antwoordt dat Hij dit inderdaad zal doen; Hij is consequent. Maar na een tijd zal Hij Zijn volk weer terug laten keren naar Jeruzalem waar Hij een veilige plek voor hen zal maken van waaruit ze weer opnieuw kunnen beginnen. Dat betekent dus dat het stuk grond dat Jeremia heeft gekocht uiteindelijk weer vruchtbaar en veel waard zal zijn. Wat een vooruitzicht! Ondanks zijn gevangenschap en de heftige consequenties voor het ongehoorzame en ongezonde gedrag van het volk, heeft God een geweldige toekomst voor Jeremia en het volk voorbereid. God is goed!