Filippenzen 2:2 maak mij dan volmaakt gelukkig door eensgezind te zijn, één in liefde, één in streven, één van geest.
Hoeveel families zijner niet die niet meer compleet zijn, die verdeeld zijn, waar ruzie is, waar er anders gedacht wordt over het doel wat je als gezin nastreeft en waar niet iedereen dezelfde mentaliteit heeft.
Een vader (en moeder) wordt het meest gelukkig als het gezin waar ze in wonen een eenheid is. Dat er liefde is tussen de broers en zussen, dat ze zich naar buiten toe zich laten zien als één gezin en ook daarin allemaal hetzelfde willen.
Dit geldt ook voor de gemeente (lichaam van Christus). Hoewel ik weet dat dit erg lastig is, is eenheid binnen de gemeente wel waar God het meest van houdt. De broers en zussen zijn net als in een aards gezin niet zelfgekozen. Vrienden kies je maar kerkleden krijg je. We moeten leren met elkaar samen te leven, samen te werken en samen eenzelfde doel na te streven: dat de grootheid van God in deze wereld zichtbaar wordt. Hoe kan dat beter dan te laten zien dat we onderling eensgezind zijn en liefde hebben voor elkaar.
Ondanks alle fouten, moeilijkheden en geweldige momenten blijven we één gezin. Laten we God volmaakt gelukkig maken.