Handelingen 21:8-9 De volgende dag vertrokken we weer en gingen op weg naar Caesarea. Daar vonden we onderdak bij Filippus, een verkondiger van het evangelie en een van de zeven wijze mannen. Hij had vier ongetrouwde dochters, die de gave van de profetie bezaten.
Als iemand zichzelf voorstelt gebeurd dat meestal met een opgave van de status van dingen die bereikt zijn in het leven: titel van de baan, vader/moeder, zoon/dochter van, functie in de kerk, leeftijd, woonplaats, etc.
Filippus is vader van vier dochters (dat is al pittig!), een verkondiger van het evangelie en één van de zeven bekende wijze mannnen uit Caesarea.
Zoals je ziet is deze opgave van wie hij is niet persé onwaar, maar de antwoorden geven alleen de omgeving aan waarin we die persoon kunnen plaatsen. Het geeft zeker wel een gedeeltelijke verklaring van handelen, maar de vraag blijft staan ‘wie ben jij nu eigenlijk?’
De vraag naar wie je bent gaat over jouw karakter. Als we jou zien in jouw omgeving, wat doe je dan, wat zeg je en hoe handel jij. Vanuit het verhaal kunnen we lezen dat Filippus gastvrij is doordat hij Paulus (en zijn reisgenoten) onderdak verleent.
Jouw karakter kan gevormd worden door in Gods woord te lezen wat het karakter van God is. In het leven van Jezus zie je ook Zijn karakter terug. Jezus is een geweldig voorbeeld van iemand die wist wie Hij was.
Wordt wie jij bent alleen bepaalt door wat je (nog niet) hebt bereikt of is jouw karakter bepalend voor wie jij bent. Vanuit je karakter denk, spreek en handel je. Laat jouw karakter de inhoud van je omgeving bepalen en niet andersom.