Titus 2:14 Hij heeft zichzelf voor ons gegeven om ons van alle zonde vrij te kopen, ons te reinigen en ons tot zijn volk te maken, dat vol ijver is om het goede te doen.
In deze tekst zien we mooi hoe discipelschap een proces is. Jezus roept ons in Matteus 28 op om te gaan en “discipelen te maken”. Het worden van een discipel, of leerling, doe je niet door een keer je hand op te steken bij een bekeringsoproep. Dat is pas de eerste stap. Daarna ga je “in training” om je steeds meer gedisciplineerd te ontwikkelen als discipel. Dit heet het discipelschapsproces.
Paulus beschrijft dit mooi; allereerst word je van alle zonde vrijgekocht. Niet van een beetje, niet van de zonde van gisteren, maar niet van eergisteren – nee, van alle zonde. Daarna word je gereinigd. Je hebt een schone lei en staat rein voor God. Daarna volgt een hele belangrijke stap: je wordt deel van zijn volk: dit is de groep mensen die samen de kerk heet, en waar je je christen zijn kan beoefenen.
De laatste stap is niet onbelangrijk: je gaat vol ijver het goede doen. Uiteindelijk gaat je “zijn” en je “behoren” leiden tot een “doen”. Een goed doen. Dit goede doen zie je overal in de Bijbel terugkomen, zie bijv. verderop in Titus 3:1, 3:8 en lees ook deze blog daarover.