Esther 2:5 Nu woonde in Susa een Joodse man, Mordechai. Hij hoorde bij de stam Benjamin en was de zoon van Jaïr, de zoon van Simi, de zoon van Kis.

Wat kun jij invullen als het gaat om jouw tijd en plaats? Nu woonde in… een … man/vrouw. Hij/zij was het kind van…, die weer het kind was van…

God kent jouw tijd en jouw plaats. Hoewel deze Joodse man ver weg was van het Joodse thuisland, was God heel dichtbij hem. Hij wist waar Mordechai was en Hij wist wie Mordechai was.

Jij bent niet alleen. De beloften die God heeft gedaan aan jouw (voor)ouders werken door naar jou. Zijn plan is veel groter dan alleen jouw leven. Hij kent jouw plaats, en Hij kent jouw tijd.

Hij stelde vast hoelang zij zouden leven en binnen welke grenzen zij zouden wonen. Hij bepaalde dat de mensen Hem zouden zoeken, in de hoop dat zij Hem, misschien na veel rondtasten, zouden vinden. Toch is God niet ver bij ons vandaan, want in Hem leven, bewegen en zijn wij.  (Handelingen 17:26-28)

Soms kun je denken dat je ver van Gods plan bent, qua plaats of qua tijd. Maar God wist precies waar Mordechai was. Hij ging een machtig werk doen door Mordechai heen. Zijn nichtje, Esther, zou uiteindelijk de vrouw van de koning worden. God had Mordechai op de juiste tijd, op de juiste plaats.

Vertrouw daarom op God, met je hele hart, en prijs Hem (Ps. 112:1). Dan ben je gelukkig.