2 Korintiers 5:6 Dus wij blijven altijd vol goede moed, ook al weten we dat zolang dit lichaam onze woning is, we ver van de Heer wonen.
Op vakantie gaan is heerlijk in een tent. Een ander vindt dat te primitief en geeft de voorkeur aan een huisje of zelfs hotel, maar toch weet jij ‘dit is niet mijn thuis’. Op zo’n vakantieplaats is het behelpen. Je bent niet je eigen omgeving, hebt niet je eigen spullen en (zeker in het geval van een tent) is de ruimte eigenlijk te beperkt voor een maximaal leven. Thuis is de plaats waar je hart ligt, waar jij jezelf kunt zijn en jij maximaal tot je recht komt.
Zo is het ook met ons leven op aarde. Eigenlijk zijn wij hier ‘vreemdelingen en bijwoners’ in een omgeving die niet ons werkelijk thuis is. Veel mensen zijn al zo lang op ‘vakantie’ dat zij denken dat dit hun leven en hun thuis is. Je kent wel die stacaravans waar tuintjes aangelegd zijn met bloemperkjes tot aan tuinkabouters aan toe. Ze zijn al zo lang onderweg dat ze eigenlijk niet goed meer weten hoe ‘thuis’ er uit ziet.
Als we niet onze contacten met het ‘thuisfront’ in stand houden door Bijbellezen en gebed vergeten we welke betere omgeving ons thuis is. Door dit contact houden we ons verlangen, hoop, visie en zekerheid levend dat, ook al kunnen we ons dat niet altijd voorstellen, er een veel betere omgeving en echt thuis is bij de Vader.
Blijf vol goede moed … jij komt thuis en jij gaat bij de Vader wonen, maar nu leef jij nog hier. Hou contact met God aan het thuisfront en ga ervoor om in dit leven te doen wat God wil (vs 9).