Marcus 7:2, 6 Zij zagen dat sommige van zijn leerlingen voor het eten hun handen niet wasten. (…) Hij antwoordde: ‘Huichelaars! De profeet Jesaja had gelijk toen hij zei: “Deze mensen eren God met de mond, maar in hun hart moeten zij niets van Hem hebben.”

Zo vaak horen we het in de kerk: “mag ik wel of geen films kijken?”, “moet je tienden geven?”, “mag ik ook seks hebben voor het huwelijk?”. Al dit soort vragen gaan uit van een verkeerde grondhouding: die van het hoofd. Ze laten zien dat iemand een religieus denken heeft, en niet leeft vanuit een hartsrelatie met God.

Stel je voor dat een man thuis zou komen en aan zijn vrouw zou vragen: “moet ik wel of geen bos bloemen voor je meenemen?”, “mag ik ook naar andere vrouwen kijken?”, “mag ik bij je in bed kruipen?” … dan zou een goed huwelijksgesprek aan te bevelen zijn.

Een relatie die gebaseerd is op mogen, moeten en niet moeten is geen relatie maar een religie. Daar zijn er genoeg van in de wereld. Het christendom is echter een relatie. Je leeft vanuit je hart, je geeft vanuit je hart, je hebt lief vanuit je hart. Alles wat je doet, doe je vanuit een relatie met God. Je praat met God, je verstaat zijn stem, je ontvangt wijsheid van Hem. Paulus zegt, “alles mag” en “er is geen wet die iets tegen de vrucht van Geest heeft” (Gal. 5:22-23).

Een zoon of dochter van God hoeft zich niet af te vragen of iets wel of niet mag, maar zal zich afvragen of iets wel of niet goed is (1 Kor. 10:23). Dat is heerlijk. Geen religie. Een relatie. Vanuit je hart.

Gebed:

“God, help me te zien dat ik vrij ben. Vrij om lief te hebben. Vrij om te kiezen. Vrij om u te zoeken vanuit mijn hart. Help me om veroordeling en religie uit mijn leven te bannen. Ik wil uw kind zijn, zoals ik ben. Amen”